donderdag 10 april 2014

Braintraining part 2: Centrale coherentie

Part 2: Centrale coherentie
"Met centrale coherentie wordt bedoeld de tendens om binnenkomende informatie globaal en in de context te verwerken" (Wikipedia).

Alle prikkels die bij een persoon binnenkomen worden niet alleen geregistreerd in de hersenen, ze worden ook verwerkt. Hoofd- en bijzaken worden gescheiden, waarna hoofdzaken worden onthouden en bijzaken kunnen worden vergeten. Ook wordt informatie aan al bestaande informatie gekoppeld en worden verbanden gelegd.

Bij mensen met autisme gaat deze informatieverwerking niet helemaal goed. De samenwerking tussen de hersendelen verloopt minder soepel, waardoor een meer versplinterd beeld van dingen ontstaat, in plaats van een geheel.
Dit heeft effect op zowel materiële (dit bericht) als sociale gebeurtenissen (volgend bericht).

Materieel
Mensen met autisme kunnen een ongelooflijk gevoel voor detail hebben. Wat ik bijvoorbeeld zo leuk vind aan puzzelen, is om de precieze vorm en kleur in elk stukje te observeren. Dit maakt dat ik vaak zonder te passen al precies weet of een stukje klopt of niet.
Als mensen met autisme een nieuwe omgeving binnenkomen, dan zien ze ook niet direct het totaal, maar eerst de details. Bijvoorbeeld: daar hangt een lamp, de vensterbank is krom in plaats van recht, er zit een vlek op de tafel, er zijn drie dezelfde stoelen en 2 afwijkende.

Het nadeel is dat we moeite hebben met overzicht houden. Zo kan ik bijvoorbeeld wel dat leuke embleempje in je t-shirt zien, maar merk ik niet dat je een nieuw setje aanhebt.

Of een keer toen ik in Brussel was: er stonden mega-bloembakken langs de weg, ongeveer zo groot als een vrachtwagen, en wel meer dan 20 achter elkaar. Toen mijn vrienden over bloembakken begonnen, snapte ik niet waarom dat zo'n belangrijk onderwerp was. Mij viel juist de kleur van de bakstenen op, en de rare elektriciteitsdraden die langs de groeven liepen.
Toen ik de vraag "waar staan die bloembakken dan?" stelde, werd ik dan ook raar aangekeken.

Tot slot, kinderen of jongeren met autisme kunnen vastlopen in hun studie omdat er van hen dingen gevraagd worden die ze niet voor elkaar krijgen. Overzicht behouden over de stof en hoofd- en bijzaken onderscheiden in tekstboeken en colleges is lastig. Daarbij komt dat veel docenten geen duidelijke lijn in hun aanpak hebben, en vaak wijzigingen op het laatste moment doorvoeren. Bovendien kunnen tentamenvragen voor autisten te cryptisch of te vaag zijn.

Ik ervaar het als een grote zegen dat ik desondanks zonder veel hinder door mijn opleiding rol!